In de Peruaanse hoofdstad Lima hebben de ruim 190 deelnemende landen aan de VN-klimaattop zondag een akkoord bereikt. Ze zijn het eens geworden over een raamwerk voor een nieuw wereldwijd klimaatverdrag, dat volgend jaar tijdens de volgende top in Parijs kan worden getekend.

Dat akkoord is erop gericht verdere opwarming van de aarde te voorkomen door de uitstoot van CO2 in te perken. Het moet de opvolger worden van het Kyoto Protocol uit 1997.

In de slottekst van Lima is afgesproken dat alle landen volgend jaar plannen voor hun eigen land indienen bij de VN voor het terugdringen van de CO2-uitstoot. Maar de eisen daarvoor zouden vaag zijn. Milieuorganisaties spreken van een zwak en inefficiënt compromis dat de internationale klimaatregels verzwakt.

GroenLinks-Europarlementariër Bas Eickhout, die twee weken in Lima was, is teleurgesteld over de uitkomst. “De Chinezen zijn helaas weer in de klassieke rol gegaan en in de loopgraven gaan zitten”, zegt Eickhout tegenover Trouw. “We hebben in Lima per saldo maar een klein stapje vooruit kunnen maken. We schuiven heel veel belangrijke zaken door naar Parijs. We verliezen eigenlijk een jaar.”

Rijke landen nemen voortouw

Volgens de VN zijn de beloftes van alle landen samen te gering om de opwarming van de aarde deze eeuw te beperken tot de afgesproken 2 graden Celsius. Hoe hoger de temperatuurstijging, des te groter de gevolgen voor de zeespiegelstijging en de natuur.

De slottekst stelde ontwikkelingslanden gerust, waaronder China en India. Zij waren bezorgd dat opkomende economieën te veel zouden lijden onder de inperkingen. "We hebben gekregen wat we wilden'', zei de Indiase minister van Milieu Prakash Javedekar. Volgens hem is afgesproken dat de rijke landen het voortouw nemen bij de inperking van CO2-uitstoot.

China en VS botsen

China en de Verenigde Staten lagen eerder nog op ramkoers bij de VN-klimaatconferentie. China vond dat een voorstel voor een nieuw klimaatverdrag te veel drukte op de armere landen en riep op het te verwerpen. De conferentie zou vrijdag al eindigen, maar werd verlengd.

Veel ontwikkelingslanden vinden dat de rijke landen harder moeten beloven dat ze geld bijeen brengen waarmee de schade gecompenseeerd kan worden die ontstaat door stormen, overstromingen of de stijgende zeespiegel. De Verenigde Staten, de Europese Unie en Rusland konden zich wel vinden in de tekst die er al lag.

Vorige maand sloten de Verenigde Staten en China nog een akkoord over het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl